Het pantheon van grote vrouwen kreeg er eind vorig jaar een belangrijke naam bij.
Op 19 december moesten we afscheid nemen van Miet Smet, een christendemocratisch icoon en rolmodel voor vele generaties vrouwen, over alle partijen heen.

Elke tijd heeft zijn eigen uitdagingen. De tijd van Miet Smet was er één waarin van vrouwen veel verwacht werd, maar politieke ambitie was daar geen onderdeel van. Het was uitgerekend in die beperkingen van haar tijd dat Miet Smet de vrijheid vond. De vrijheid om tegen de stroom in te gaan, en velen te motiveren met haar mee te gaan.
Als oudste kind in een gezin van vijf kreeg Miet een warme thuis en een goede portie zelfvertrouwen mee. Het maakte dat
ze, zoals ze zelf zegde, “zonder valnet durfde springen, omdat ik vertrouwen in anderen had, en in mezelf”.
Het was de start van een leven in het teken van engagement. Een leven dat een aaneenschakeling zou worden van kleine en grote overwinningen. Persoonlijk, maatschappelijk, en natuurlijk politiek.
Laat me beginnen met de persoonlijke overwinningen.
Zo was er de overwinning om verder te gaan studeren, als eerste in haar gezin. Om als dochter in de politieke voetsporen van haar vader treden. De overwinning om het tot minister te schoppen, zelfs minister van staat.
En er was natuurlijk de overwinning van de liefde. Van eindelijk de legitimiteit te krijgen om te mogen houden van wie ze hield.
Daarnaast waren er ook haar maatschappelijke overwinningen.
Zowel in haar persoonlijke leven als in haar werk bestreed ze cliché na cliché over wat vrouwen kunnen, mogen en moeten doen met hun leven.
Ze nam het op voor de meest kwetsbaren, zoals vluchtelingen.
En ze zette MeToo op de agenda, decennia vóór het een populaire hashtag werd.
Maar allicht zijn haar bekendste overwinningen politiek van aard.
Ze streed tegen de loonkloof, tegen geweld op vrouwen, voor ouderschapsverlof. Ze leidde vrouwen naar adviesraden en politieke mandaten; of naar de politiek tout court, onder andere via Vrouw & Maatschappij, een beweging die vandaag, meer dan 50 jaar later, nog steeds nieuw politiek talent weet aan te trekken.
Overwinning na overwinning prijkte op het politieke palmares van Miet Smet. Het deed haar niet op haar lauweren rusten of vragen om applaus – liever dacht ze al verder aan de volgende stap. Ze besefte heel goed dat staatsmensen niet beoordeeld worden op de decibels die ze produceren, maar op hun impact op de samenleving.
Wie door de gangen en kamers van dit huis loopt, ziet overal prachtige schilderijen en beeldhouwwerken, met beeltenissen
van belangrijke mensen. Op enkele uitzonderingen na zijn het nagenoeg allemaal mannen die de eer kregen.
Miet Smet is, zoals veel van onze politieke voorbeelden, een monument zonder standbeeld.
Maar gelukkig hebben wij geen marmer of doek nodig om haar erfenis levend te houden.
We moeten alleen maar om ons heen kijken. Naar de vele vrouwen in onze parlementen, onze provincieraden en onze gemeenteraden. Naar werkvloeren waar je je veilig kan voelen bij je collega’s. Waar je even de kans krijgt om thuis te blijven na de geboorte van een kind. Het zijn de voetsporen van Miet Smet die nagalmen in deze gangen, en overal waar we gaan.
Ook al was terugblikken niets voor haar, op het einde van haar leven vond Miet Smet de grootste beloning die men als politicus kan krijgen. En dat is: voldoening over haar politieke nalatenschap. Het besef dat ze niet alleen een steen heeft verlegd, maar een hele nieuwe stroming startte.
Het is de kroon op een leven in dienst van onze samenleving, de grootste overwinning van allemaal.
Miet Smet, bedankt voor alles.